Wereldbeeld 2015 / jg. 39 / nr. 174 / Economische & Sociale Zaken
Menu
Artikel 7 van 10

In de Kijker - Moderne slavernij: een lucratieve business op wereldwijde schaal

Laurens Van Dorpe

Wat is mensenhandel?

Op 24 November heeft het United Nations Office on Drugs and Crime (UNODC) diens Globaal Rapport over Mensenhandel gepubliceerd. Mensenhandel komt erop neer dat mensen worden uitgebuit via het gebruik van geweld, ontvoering, machtsmisbruik of dergelijke wanpraktijken. De meest gekende vormen van uitbuiting zijn seksuele uitbuiting en dwangarbeid, maar ook het verwijderen van organen, het dwingen tot het plegen van misdaden, illegale adoptie en kindsoldaten zijn vormen van mensenhandel. Het gaat om een grove schending van de mensenrechten en het is een wereldwijd probleem: bijna elk land ter wereld wordt hiermee geconfronteerd, hetzij als land van oorsprong, transit of land van bestemming (UNODC, 2014a). Zo werden in de periode 2010-2012 slachtoffers opgespoord in 124 landen, terwijl ze afkomstig waren uit 152 verschillende landen.

Wat doet UNODC tegen mensenhandel?

Het bestrijden van dit fenomeen op internationaal vlak komt toe aan UNODC, gezien het Mensenhandelprotocol verbonden is aan de VN Conventie tegen Transnationale Georganiseerde Misdaad (UNTOC), dat onder de verantwoordelijkheid van UNODC valt. Dit protocol verplicht alle lidstaten van de VN om mensenhandel strafbaar te maken via nationale wetgeving. Op het moment dat het Mensenhandelprotocol werd goedgekeurd, had minder dan de helft van alle landen wetgeving omtrent mensenhandel. Vandaag heeft meer dan 90% van alle landen mensenhandel strafbaar gesteld (UNIS, 2014). Helaas zijn er toch nog negen landen die geen dergelijke wetgeving hebben, terwijl nog 18 andere landen slechts over een onvolledig wettelijk kader beschikken. Schrijnend genoeg gaat het vaak om landen met een groot bevolkingsaantal, waardoor twee miljard mensen op dit moment nog niet de bescherming genieten die door het Mensenhandelprotocol wordt vooropgesteld (UNODC, 2014c).

UNODC strijdt voornamelijk tegen mensenhandel door staten te assisteren in het opstellen van wetten en nationale strategieën tegen deze misdaad. Daarnaast tracht UNODC om diens expertise over te brengen aan staten, om op die manier hun capaciteiten op te bouwen om mensenhandelaars op te sporen en op een correcte manier te vervolgen en te berechten. Ook wordt steun verleend voor het opsporen en opvangen van slachtoffers, waarbij speciale aandacht gaat naar vrouwen en kinderen, gezien zij een kwetsbare groep vormen. Zo vormen kinderen maar liefst 33% van de slachtoffers tussen 2010 en 2012 en is 70% van de slachtoffers vrouwelijk (UNODC, 2014c). Op die manier tracht het VN-agentschap bij te dragen tot de preventie van mensenhandel, het beschermen van slachtoffers en het vervolgen van mensenhandelaars wereldwijd.

Blue Heart Campaign: have a heart for the victims of human trafficking!

Een belangrijke campagne van UNODC is de ‘Blue Heart Campaign’. Deze werd in 2014 extra in de verf gezet op 30 juli, de eerste Internationale Dag tegen Mensenhandel. Via deze campagne tracht UNODC mensen bewust te maken van de problematiek omtrent mensenhandel. De blauwe kleur verwijst tegelijkertijd naar het blauw van de VN, gezien de VN zich inzet tegen deze misdaad, en de koelbloedigheid van mensenhandelaars. De bedoeling van de campagne is om het blauwe hart tot het symbool van de strijd tegen mensenhandel te maken, zoals het rode lint de strijd tegen HIV/AIDS vertegenwoordigt (UNODC, 2014b). Landen die deze campagne steunen zijn onder andere Brazilië, Nigeria en Spanje. Ook jij kan deze campagne steunen door het blauwe hart op je profielfoto op Facebook of Twitter te plaatsen (https://www.facebook.com/BlueHeartHT) of via de hashtag #igivehope (https://twitter.com/BlueHeartHT).

Daarnaast bestaat er ook een UN Voluntary Trust Fund for Victims of Trafficking in Persons. Iedereen kan op vrijwillige basis bijdragen tot dit fonds. Het geld wordt gebruikt om lokale NGO’s (bijvoorbeeld The CRADLE in Kenia of Defensa de Niños in Costa Rica) te steunen in het opvangen, behandelen en begeleiden van slachtoffers, alsook in het bewustmaken van slachtoffers welke rechten ze hebben en hoe deze te beschermen.

Individuen kunnen dus hun steentje bijdragen via steun aan het fonds of door deel te nemen aan de sensibiliseringscampagne. Daarnaast kunnen mensen ook helpen door de politie te waarschuwen wanneer men mogelijke gevallen van mensenhandel opmerkt. Bewust consumeren kan ook helpen, door geen goederen of diensten te kopen waarvan de ethische oorsprong te betwijfelen valt (UNODC, s.d.).

Mensenhandel: de statistieken

Het rapport dat gepubliceerd werd is erop gericht om data te verzamelen over de stromen in mensenhandel op nationaal, regionaal en globaal niveau. Daarnaast, gezien het elke twee jaar gepubliceerd wordt, moet het rapport het mogelijk maken om bepaalde trends aan het licht te brengen. Op die manier zou het rapport beleidsmakers moeten ondersteunen in het ontwikkelen van strategieën op nationaal en globaal niveau. De belangrijkste cijfers uit het rapport zijn als volgt: tussen 2010 en 2012 werden 40 177 slachtoffers gemeld door de lidstaten. Er dienen echter twee belangrijke opmerkingen te worden gemaakt: ten eerste hebben 65 landen geen informatie verstrekt over mensenhandel. Ten tweede gaat het enkel om slachtoffers die opgemerkt worden en dus niet om alle effectieve slachtoffers (UNODC, 2014c). Voorlopig bestaat er nog geen correcte methodologie om nauwkeurigere schattingen te maken, maar men gaat ervan uit dat er wereldwijd miljoenen slachtoffers zijn. Volgens de Global Slavery Index van de Walk Free Foundation zijn er vandaag naar schatting 35,8 miljoen slachtoffers van mensenhandel. Landen die hierbij het meest opvallen zijn Mauritanië, Oezbekistan en Haïti. In België zouden er zo’n 1500 slachtoffers leven (Walk Free Foundation, 2014). Daarnaast werden in de periode 2010-2012 ook 34 256 mensen vervolgd voor mensenhandel en werden daarvan 13 310 mensen effectief veroordeeld (UNODC, 2014c).

Van deze slachtoffers was 53% slachtoffer van seksuele uitbuiting, 40% werd ingezet voor dwangarbeid en werd 0,3% geconfronteerd met verwijderde organen. Er is echter een groot verschil tussen mannen en vrouwen: mannen werden voornamelijk geconfronteerd met dwangarbeid (83% van de mannelijke slachtoffers), terwijl het bij vrouwen hoofdzakelijk om seksuele uitbuiting gaat (79%). Ook regionaal zijn er verschillen op te merken: in Europa worden de meeste slachtoffers van mensenhandel seksueel uitgebuit, daar waar het in Azië in de eerste plaats om dwangarbeid gaat. Na een vergelijking tussen het eerste en tweede mensenhandel rapport blijkt ook dat er een toename is van kinderen als slachtoffers. Dit is een zorgwekkende trend.

Wereldwijde stromen in mensenhandel

Een opvallende vaststelling over de stromen van mensenhandel is dat slachtoffers van mensenhandel meestal terug te vinden zijn binnen hun eigen land of in een naburig land. Dit valt logisch te verklaren omdat mensenhandelaars meer risico’s lopen om betrapt te worden naarmate er meer grenscontroles dienen gepasseerd te worden. Als we bijvoorbeeld kijken naar de slachtoffers van mensenhandel die in Europa geregistreerd werden, zien we dat de helft van de slachtoffers Europeaan is. Daarbovenop komt nog eens 22% uit de Balkan en nog eens 7% uit aangrenzende regio’s. Dit blijkt uit onderstaande kaart:

mensensmokkel map 7Als we verder kijken naar globale stromen van mensenhandel zijn er een aantal interessante zaken op te merken. Slachtoffers van mensenhandel worden vaker van arme regio’s naar rijkere regio’s gevoerd. Dit zorgt ervoor dat de diversiteit aan nationaliteiten in rijkere regio’s vaak aanzienlijk hoger ligt dan in arme regio’s, waar de slachtoffers meestal onderdaan van het land zijn waar ze opgemerkt worden. Zo blijkt uit onderstaande kaart dat de stromen voornamelijk vertrekken vanuit Afrika, Azië en Zuid-Amerika naar rijkere regio’s zoals Europa, Noord-Amerika en het Midden-Oosten.

mensensmokkel map 6

Sociale en economische gevolgen

Deze trend om van armere regio’s naar rijkere te vervoeren, ondanks het feit dat het risico om betrapt te worden dan hoger ligt, heeft een logische verklaring. Mensenhandelaars kunnen hun winstmarge sterk verhogen in rijkere landen, in vergelijking met arme regio’s. Om een voorbeeld te geven omtrent dwangarbeid: in de VS ligt een gemiddeld loon al snel rond $2000/maand. In Centraal-Amerika gaat het slechts om $60/maand. Als je als mensenhandelaar dus je diensten aan een bedrijf gaat aanbieden om met drie mensen voor drie maand te werken, krijg je in de VS zo’n $18.000 en in Centraal-Amerika slechts $540. Diezelfde logica geldt ook voor seksuele uitbuiting gezien men in rijkere landen bereid is meer te betalen dan in arme landen.

Een bijkomende reden waarom mensenhandelaars rijkere regio’s verkiezen heeft te maken met taal en wetgeving. Slachtoffers van mensenhandel die de lokale taal niet machtig zijn zullen immers minder snel geneigd zijn om met andere mensen te praten en worden bijgevolg minder snel opgemerkt. Daarnaast hebben rijkere landen vaak ook strenge wetgeving omtrent illegale migratie, waardoor deze mensen ontmoedigd worden om naar de lokale autoriteiten (bijvoorbeeld politie of gerecht) te stappen (UNODC, 2014c). Gezien mensenhandelaars er daarenboven op gericht zijn om hun winst te maximaliseren, zijn ze niet geneigd om veel te investeren in de basisnoden van hun slachtoffers. Dit zorgt er dan ook voor dat deze mensen in vaak zeer schrijnende sociale omstandigheden dienen te leven: afgesneden van familie, vrienden en een thuis; geen inkomen; geen recht op zelfbeschikking…

Elk slachtoffer van mensenhandel is dus een sociaal drama, wiens mensenrechten op een grove wijze worden geschonden. Daarnaast heeft mensenhandel ook een aanzienlijke economische impact. De precieze omvang is moeilijk in te schatten gezien er voorlopig nog geen schattingen zijn over het exacte aantal slachtoffers. Laten we echter het volgende geval eens bekijken. In Canada werd een man opgepakt die gedurende acht maanden zijn vriendin seksueel heeft uitgebuit. Naar schatting zou deze praktijk hem op die tijd $180.000 opgeleverd hebben, ofwel $750 per dag. Het gaat dus om een lucratieve business, ongeacht of men het op grote of op kleine schaal doet (UNODC, 2014c). Als men er bijgevolg van uitgaat dat er wereldwijd miljoenen slachtoffers van mensenhandel zijn, kan men ervan uitgaan dat er miljarden dollars aan winst wordt opgestreken. In 2005 ging het ILO er nog van uit dat op elk moment 2,4 miljoen mensen slachtoffer waren van mensenhandel, wat resulteerde in een opbrengst van maar liefst $32 miljard per jaar (UNODC, s.d.)

Bijkomend dient men zich er ook van bewust te zijn dat de ene vorm van misdaad vaak gepaard gaat met andere vormen van misdaad. Zo is er een nauwe band tussen het smokkelen van migranten en mensenhandel. Vaak leggen mensen die wanhopig op zoek gaan naar een betere toekomst in een ander land hun lot in handen van smokkelbendes. Eenmaal deze migranten het eigen land verlaten hebben, verkeren zij in een zeer kwetsbare situatie, waardoor ze makkelijk kunnen uitgebuit worden door dergelijke bendes. Een vorm van mensenhandel is het verplichten van mensen om misdaden te begaan voor de mensenhandelaar (bijvoorbeeld stelen). De enorme omvang van winsten impliceert ook dat witwassen van geld vereist is en bij dergelijke sommen is corruptie dikwijls niet ver weg. Op die manier ondersteunt mensenhandel mee de ondergrondse economie.

Als we dan even verder denken, is het duidelijk dat een enorm potentieel voor de groei van ontwikkelingslanden verloren gaat. De opbrengst van mensenhandel is niet ten voordele van de mensen die uitgebuit worden en ook niet ten voordele van de economie. Mensen krijgen geen loon naar werken, waardoor zij geen hogere levensstandaard kunnen nastreven. Hun consumptie zal merkelijk lager liggen, terwijl ze ook minder kunnen bijdragen tot overheidsinkomsten. In het geval zij kinderen krijgen, zullen zij het moeilijker hebben om hun kinderen naar school te laten gaan, wat dan weer een invloed heeft op hun toekomstkansen. Georganiseerde misdaad heeft dus een duidelijk beperkend effect op individuele levens, maar ook op de economie in het algemeen. Het uitbouwen van een effectief veiligheidsapparaat (een democratisch gecontroleerde politiemacht, een rechtschapen justitie) en een overheid vrij van corruptie zijn dus cruciale bouwstenen om duurzame economische groei mogelijk te maken.

Conclusie

Als we hier even wat cijfers naast elkaar zetten komen we tot de volgende conclusie: wereldwijd vermoed men dat er miljoenen slachtoffers zijn, met een vermoedelijke opbrengst die in de miljarden loopt. Desondanks werden slechts 13 310 mensen wereldwijd effectief veroordeeld. Het risico om gepakt te worden ligt voorlopig nog veel te laag om dergelijke wanpraktijken te voorkomen. Daarnaast worden slachtoffers van mensenhandel ook nog te weinig opgemerkt. Er moet dus nog veel werk verricht worden. Ten eerste moeten we ervoor zorgen dat alle landen mensenhandel tot een strafbare praktijk stellen. Ten tweede moeten alle landen en betrokken instanties helpen bij het verzamelen van informatie om het probleem beter in kaart te brengen om op die manier beleidsbeslissingen beter te ondersteunen. Ten derde moeten alle landen ervoor zorgen dat hun politiediensten voldoende opgeleid zijn om slachtoffers van mensenhandel te herkennen en in bescherming te nemen in plaats van deze te criminaliseren. Daarenboven is een effectieve vervolging en berechting van daders vereist om deze wanpraktijk te bestraffen en een einde te maken aan de straffeloosheid om zo op de langere termijn mensenhandel te ontmoedigen.

__________________________________

Referenties

UNIS (2014). On World Day against Trafficking in Persons, UN highlights that the world is still far from eradicating modern slavery. Wenen: United Nations Information Service.

UNODC (2014a). Human Trafficking. Geconsulteerd op het world wide web op 21 oktober 2014: http://www.unodc.org/unodc/en/human-trafficking/what-is-human-trafficking.html

UNODC (2014b). What is the Blue Heart Campaign? Geconsulteerd op het world wide web op 21 oktober 2014: http://www.unodc.org/blueheart/en/about-us.html

UNODC (2014c). Global report on Trafficking in Persons. Vienna: UNODC.

UNODC (s.d.). Fact sheet: Human Trafficking – People for Sale. Geconsulteerd op het world wide web op 22 december 2014: http://www.unodc.org/documents/toc/factsheets/TOC12_fs_humantrafficking_EN_HIRES.pdf

Walk Free Foundation (2014). 2014 Global Slavery Index. Geconsulteerd op het world wide web op 22 december 2014 at http://www.globalslaveryindex.org/

Auteur

  • Laurens Van Dorpe
    Laurens Van Dorpe is net afgestudeerd als Master in de EU Studies aan de Universiteit van Gent en werkt nu als stagiair op het Brussels Liaison Office van UNODC.

Deel dit item

Druk artikel af